Bedrijf terecht ingedeeld in bouwsector: soort gebruikte materialen niet van belang
Het bedrijf was door de inspecteur van de Belastingdienst ingedeeld in de sector Bouwbedrijf, maar was zelf van mening dat zij onder de sector Metaal vielen. Reden hiervoor was dat men aluminium onderdelen verwerkte en zichzelf zag als metaalbedrijf. In het verleden was het bedrijf ook ingedeeld in de Metaalsector, maar dit wijzigde na omzetting van de Vof in een BV. Het Hof oordeelt dat het bedrijf terecht is ingedeeld in de sector Bouwbedrijf op basis van de aard van de werkzaamheden en de functie van de onderneming in het maatschappelijk verkeer. In dit geval houdt het bedrijf zich voornamelijk bezig met de verkoop en plaatsing van veranda’s en tuinkamers, wat wordt gezien als een uitbreiding van bestaande bouwwerken. Van welke soort materiaal of materialen het bouwwerk wordt vervaardigd acht het Hof niet van belang. Daarom wordt het bedrijf als bouwbedrijf aangemerkt, ondanks dat het zichzelf als een metaalbedrijf beschouwt.
Het beroep van het bedrijf op het vertrouwensbeginsel wordt verworpen. Het bedrijf mocht er niet op vertrouwen dat een in het verleden toegepaste indeling, namelijk die in de sector Metaal, ook na de overgang naar de BV zou gelden. Het staat de inspecteur vrij om over te gaan tot een juiste sectorindeling als omstandigheden daartoe aanleiding geven. Het beroep van het bedrijf op het gelijkheidsbeginsel wordt verworpen wegens onvoldoende onderbouwing.
Bron: Rechtspraak.nl, 2 september 2024.
Publicatiedatum: 03-09-2024
Tags: Actueel
