Conclusie AG over verjaring premievordering in Booking-zaak

Op 8 november 2024 is de conclusie van AG Drijer in de Booking-zaak gepubliceerd.  In de conclusie speelt verjaring van premievorderingen een grote rol. Indien de Hoge Raad de AG volgt, zal de verjaringskoers worden gewijzigd. De AG geeft aan dat premies periodiek ontstaan en periodiek verjaren. Ze worden opeisbaar per betalingsperiode. Verder concludeert de AG dat de verjaringstermijn van vijf jaar uit artikel 3:308 BW van toepassing is op premievorderingen, waarbij de termijn begint te lopen na het moment dat een premie opeisbaar wordt. Dat kan dus maandelijks of per kwartaal zijn. De AG stelt daarbij dat de verjaringstermijn niet afhankelijk is van het moment dat een vordering bekend is. Premievorderingen kunnen dus verjaren vóórdat een pensioenfonds fonds bekend is met de vordering. Dit laatste zou een breuk met eerdere jurisprudentie betekenen. Het is de vraag of de Hoge Raad de conclusie van de AG gaat volgen.

Bron: Rechtspraak.nl, 8 november 2024