RVU-regeling maakt eerder stoppen met werken gemakkelijker

Werknemers die eerder willen stoppen met werken, kunnen gebruik maken van de Regeling voor Vervroegde Uittreding (RVU). Deze regeling bestond al langer, maar is per 1 januari 2021 veranderd. De nieuwe afspraken over de RVU zijn onderdeel van het Pensioenakkoord. Dit akkoord is in juni 2019 gesloten tussen het kabinet, werkgeversorganisaties en werknemersorganisaties. Het Pensioenakkoord gaat niet alleen over wijzigingen in de pensioenregeling, maar ook over duurzame inzetbaarheid en eerder stoppen met werken.

Wat houdt de RVU-regeling in?

De afspraken over duurzame inzetbaarheid en eerder stoppen met werken houden in dat van 1 januari 2021 tot en met 31 december 2025 de zogenoemde ‘RVU-drempelvrijstelling' geldt: werkgevers hoeven in deze periode geen boete van 52% aan de Belastingdienst te betalen als ze een RVU-uitkering geven aan de werknemer. Dit moest vóór 2021 wel.

Of een werknemer gebruik kan maken van de RVU-regeling, hangt af van de afgesproken arbeidsvoorwaarden. De werkgever maakt hierover afspraken met (de vertegenwoordiging van) de werknemers, bijvoorbeeld in een collectieve arbeidsovereenkomst (cao). De afgesproken RVU-regeling moet voldoen aan een aantal voorwaarden:  

  • Ook de werknemer is het eens met de regeling;
  • De RVU-uitkering moet uiterlijk op 31 december 2025 zijn afgesproken. Na 2025 kan dus geen nieuwe afspraak over een RVU-uitkering worden gemaakt;
  • De werknemer is geboren vóór 1 januari 1961;
  • De werknemer bereikt over maximaal 36 maanden de AOW-leeftijd;
  • De uitkering mag in één keer worden gegeven, maar mag ook in meer termijnen worden uitgekeerd (bijvoorbeeld maandelijks);
  • De hoogte van de uitkering is maandelijks niet meer dan de AOW-uitkering voor een alleenstaande wanneer de werknemer volledig uit dienst gaat;
  • De werknemer gaat uit dienst voor het deel dat hij/zij een RVU-uitkering ontvangt;
  • Als de werknemer niet volledig maar slechts voor een gedeelte uit dienst gaat, dan wordt de maximale RVU-uitkering verlaagd.
Vrouw met knot in haar en spijkerbroek en hakken aan

Waarom is de RVU-regeling veranderd?

Eerder stoppen met werken was altijd al mogelijk. De werknemer ontvangt vanaf de uitdiensttreding geen salaris meer. Pas wanneer hij/zij de AOW-gerechtigde leeftijd bereikt, of wanneer het pensioen in gaat, is er weer een inkomen. De werkgever kan dit gat in de tussentijd opvangen door het geven van een extra uitkering bij de uitdiensttreding. Maar de Belastingdienst ziet zo'n ontslagvergoeding als een RVU. Vóór 1 januari 2021 betekende dit dat de werkgever 52% belasting (als fiscale boete) moest betalen over deze vergoeding. In de praktijk gebeurde dit dus niet vaak.

Maar de overheid wil ervoor zorgen dat iedereen gezond de eindstreep kan halen. In de praktijk blijkt dat nu moeilijk. Veel oudere werknemers, en met name mensen in zware beroepen, vinden het te zwaar om door te werken tot de AOW-leeftijd. Vooral omdat deze AOW-leeftijd de afgelopen jaren langzaam is gestegen, van 65 jaar in 2013 tot 67 jaar in 2024. De afgelopen 20 jaar steeg de gemiddelde leeftijd waarop mensen stopten met werken, met 20 jaar. Rond de eeuwwisseling gingen mensen gemiddeld tegen hun 61e verjaardag met pensioen. Nu is dit pas rond de 66e verjaardag.

Door gebruik te maken van de RVU-regeling kunnen werknemers nu dus alsnog volledig of gedeeltelijk eerder stoppen met werken. Ze kunnen dit gat dan misschien financieel dichten. Met andere woorden: ze zijn financieel fit genoeg om eerder te stoppen met werken. Belangrijk is in dit geval dat een werknemer zich goed laat informeren door een financieel adviseur of de RVU past bij zijn/haar persoonlijke financiële situatie. Dit kan per persoon verschillend zijn.

Hoe hoog is de RVU-uitkering?

De RVU-uitkering mag per maand maximaal even hoog zijn als de AOW-uitkering voor een alleenstaande. Voor 2021 is dit bedrag € 1.847. De totale uitkering over de hele RVU-periode mag dan niet meer zijn dan het aantal maanden tussen de eerste uitkering en het bereiken van de AOW-leeftijd, vermenigvuldigd met € 1.847. Dit bedrag wordt jaarlijks aangepast.

Een voorbeeld:

  • Werknemer X bereikt op 21 november 2023 de AOW-leeftijd.
  • De werknemer gaat op 1 december 2021 uit dienst, en ontvangt dan een eenmalige RVU-uitkering van de werkgever.
  • Tussen de ontvangst van de (eerste) uitkering en het bereiken van de AOW-leeftijd zit 23 maanden en 20 dagen. Dit mag worden afgerond op hele maanden naar boven, dus naar 24 maanden.
  • De totale uitkering mag dus maximaal 24 x € 1.847 = € 44.328 bedragen.
Blauwe rekenmachine

In bovenstaand voorbeeld geldt dus een RVU-drempelvrijstelling van € 44.328. Is de werkelijke RVU-uitkering hoger? Dan moet de werkgever over alles boven die € 44.328 een fiscale boete van 52% betalen aan de Belastingdienst.  Let op! Dit is een bruto-bedrag. Hierover moet dus nog inkomstenbelasting worden betaald. De netto-uitkering zal dus lager zijn.  

Wie betaalt de RVU-regeling?

Een RVU-uitkering wordt in principe door de werkgever zelf betaald. Maar voor een deel (maximaal 25%) kan de werkgever subsidie aanvragen voor financiering van de RVU-regeling. Dit kan via de tijdelijke subsidieregeling Maatwerk Duurzame Inzetbaarheid en Eerder Uittreden (MDIEU). De subsidieregeling start op 1 februari 2021 en loopt tot en met 2025. In totaal is bijna een miljard euro beschikbaar.

In bepaalde, door de minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid vastgestelde, tijdvakken kan een aanvraag voor deze subsidie worden gedaan. Voorwaarde is wel dat deze werkgevers tegelijk óók investeren in duurzame inzetbaarheid van hun werknemers. Daarnaast kan de werkgever met de werknemers afspraken maken over een eigen bijdrage van de werknemer.

Voor wie is de RVU-regeling interessant?

Deelname aan een RVU-regeling is in ieder geval interessant voor werknemers in zware beroepen, zoals de bouw. Maar ook voor oudere werknemers die niet door willen of kunnen werken tot de AOW-leeftijd. Ongeacht de sector; ook voor werknemers/ambtenaren bij de rijksoverheid, in ziekenhuizen of in de zakelijke dienstverlening kan een RVU-regeling aantrekkelijk zijn. Duurzame inzetbaarheid van werknemers staat bij veel werkgevers hoog op de agenda. Via een RVU-regeling kunnen oudere werknemers eerder stoppen met werken en van hun pensioen gaan genieten. Hiermee verbetert de doorstroming op de arbeidsmarkt: oudere werknemers maken hiermee plaats voor nieuwe, jongere, werknemers.

Wat betekent de RVU voor het pensioen van werknemers?

De RVU is vooral bedoeld om de periode tot het ingaan van de AOW-uitkering te overbruggen. Naast de AOW-uitkering bouwt een groot gedeelte van de werkende bevolking ook pensioen op via een pensioenregeling van hun werkgever. Deelname aan een RVU-regeling mag plaatsvinden tegelijk met het (eerder) in laten gaan van (een deel van) het pensioen. Maar eerder stoppen met werken kan op sommige vlakken gevolgen hebben voor de pensioenregeling (of andersom).

Geen pensioenopbouw na uitdiensttreding
Als een werknemer uit dienst gaat om deel te nemen aan de RVU-regeling, dan wordt er geen pensioen meer opgebouwd in de pensioenregeling van de werkgever. Hij/zij is dan geen deelnemer meer aan de pensioenregeling. Dit kan op twee vlakken gevolgen hebben voor de persoonlijke situatie van de werknemer:  

  • De werknemer bouwt minder ouderdomspensioen dan had gekund. Het totale pensioen dat de werknemer krijgt vanaf de pensioeningangsdatum is dan lager dan wanneer hij/zij tot de pensioendatum was blijven werken.
  • Veel pensioenregelingen kennen een partnerpensioen op risicobasis. Dit houdt in dat de partner van een werknemer die overlijdt, alleen maar een uitkering krijgt als er nog sprake is van een dienstverband. Was de overledene al uit dienst op het moment van overlijden, dan is er geen recht op een uitkering aan de partner. Ook voor de partner kan hier dan sprake zijn van een inkomensgat.

Hoger inkomen dan het maximum van de RVU-uitkering
De RVU-uitkering is gemaximeerd tot een bedrag van € 1.847 per maand (2021). Als dit bedrag lager is dan het laatst verdiende loon, dan gaat de werknemer erop achteruit. Het vervroegen van het al opgebouwde pensioen kan dan een uitkomst zijn om de inkomensachteruitgang op te vangen. Dit betekent wel dat de jaarlijkse pensioenuitkering lager zal worden. Deze moet namelijk over een grotere periode worden uitgespreid.

Uit het bovenstaande volgt dat niet op voorhand kan worden gezegd of deelname aan een RVU-regeling verstandig is of niet. Dat hangt in grote mate af van de persoonlijke situatie van de werknemer. Deze doet er verstandig aan om met een financieel adviseur te bespreken of deelname aan een RVU-regeling past bij de persoonlijke financiële situatie van de medewerker.  

Interessant! En nu?

Wilt u onderzoeken of een RVU-regeling interessant is voor uw bedrijf? Montae & Partners kan u helpen bij het opstellen van beleid voor een RVU-regeling. Om te bepalen of een RVU-regeling voor uw organisatie interessant is, brengen wij voor u in kaart wat de financiële gevolgen zijn van het introduceren van een RVU-Regeling.

Wij kijken daarbij naar de mogelijke groep medewerkers die voor de regeling in aanmerking komt, de salaris- en pensioenkosten, het verwachte verzuim van deze groep en de verwachte deelnemingsgraad. Ook kijken wij of u in aanmerking komt voor eventuele subsidie vanuit de MDIEU-Regeling. Op basis van deze uitkomsten kunt u een keuze maken of u verder gaat met de volgende stap. Neem voor meer informatie contact op met onze specialisten. De contactgegevens vindt u onderaan deze pagina.  

Bent u werkzaam voor een van de brancheorganisaties in uw sector, of lid van de ondernemingsraad in uw bedrijf? En denkt u dat de RVU-regeling interessant is voor de werknemers in uw branche of bedrijf? Wijs de werkgever dan op de RVU-regeling en de subsidiemogelijkheden. Het gebruik van een subsidie kan het voor werkgevers aantrekkelijker maken om (individuele) RVU-afspraken te maken.

Daarnaast kan het zelfs een alternatief zijn voor vaststellingsovereenkomsten en transitievergoedingen. RVU-uitkeringen mogen immers in één keer worden uitbetaald. Voor werknemers die flink op zien tegen de laatste werkzame jaren kan de RVU-regeling uitkomst bieden, het is in ieder geval het onderzoeken waard!  Montae & Partners kan u hierbij ondersteunen. Kijk hieronder voor onze contactgegevens.

Bent u een werknemer, en wilt u weten of in uw bedrijf afspraken zijn gemaakt over een RVU-regeling? Vraagt u dit dan na bij uw werkgever.

Lees in onze brochure meer details over de mogelijkheden en onze dienstverlening. Op de website van het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid vindt u meer informatie over de Maatwerkregeling Duurzame Inzetbaarheid & Eerder Uittreden.

Vraag de brochure over de RVU-regeling aan

Laat uw gegevens hieronder achter en we sturen u de brochure per e-mail toe.

Bedankt voor uw vraag. We hebben deze in goede staat ontvangen.
Er ging iets fout bij het opsturen van het formulier. Probeer het opnieuw.
Terug naar Zorg & Verzuim
Meer informatie?
neem rechtstreeks contact met ons op

Dennis van de Worp

Adviseur werkgevers & brancheorganisaties

dennis.van.de.worp@montaepartners.nl

+31 (0)6 22 79 72 34

Inge Bakker

adviseur ondernemingsraden

inge.bakker@montaepartners.nl

+31 (0)6 46 02 74 08

Door op “Accepteren” te klikken, stemt u in met het opslaan van cookies op uw apparaat om de navigatie op de site te verbeteren, het gebruik van de site te analyseren en te helpen bij onze marketingactiviteiten. Bekijk onze Privacy Policy en Cookie Beleid voor meer informatie.